Duurzaam bouwen

feb 14, 2025

Intro

Duurzaam bouwen en beheren. Wie wilt dat niet? Breed onderschreven en tegelijk een weerbarstige opgave. Waarom weerbarstig? Duurzaamheid raakt onze persoonlijke keuzes en onze levenshouding. Daarmee is duurzaamheid tegelijk een spiegel waarin we de gevolgen zien van ons doen en laten. Wel of niet duurzaam omgaan met gebouwen begint bij het ontwerp en loopt door tot onderhoud. In deze blog ga ik daarom nader in op de achtergrond van keuzes en de dilemma’s bij het ontwerpen en het onderhoud van gebouwen.

 

Definitie duurzaamheid

Allereerst de definitie van duurzaamheid. Door de Verenigde Naties wordt duurzaamheid gedefinieerd als het ´voldoen aan de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties (om in hun eigen behoeften te voorzien) in gevaar te brengen´. De Nederlandse overheid noemt ´duurzaam bouwen´ beter voor het milieu dan ´traditionele bouw´. Dit vooral vanwege besparing op grondstoffen en energiegebruik. Verder is wonen en werken in duurzame gebouwen volgens de overheid gezonder. Andere instanties noemen bij de definiëring van duurzaamheid: ´bouwen zonder bronnen uit te putten´ of ´levensloopbestendig bouwen´. Bij het speuren naar definities kwam ik nog aanverwante begrippen tegen als: stabiel, betrouwbaar, houdbaar, degelijk en solide. Kortom bij duurzaamheid gaat het om verantwoord gebruik – zonder uitputting – van grondstoffen en energiebronnen.

 

Rentmeesterschap

In deze definities komt het begrip ‘rentmeesterschap’ je als het ware tegemoet. Terecht. Het gaat immers om grondstoffen en ruimte die de mens in beheer krijgt. Het is goed om bij duurzaamheid de Bijbelse woorden ‘bouwen en bewaren’ voor ogen te houden. Als rentmeester hebben we de opdracht verantwoord om te gaan met de schepping. Levensdoel en levenshouding zijn hierbij belangrijk. Bij het bouwen van woningen, bedrijfspanden, scholen en andere voorzieningen moeten namelijk allerlei afwegingen worden gemaakt die gevolgen hebben voor de lange termijn. En keuzes bij het ontwerp hebben invloed op het onderhoud. Ook de wijze hoe een gebouw wordt gebruikt werkt door in het onderhoud. Doel en houding zijn daarom cruciaal voor duurzaamheid. Een mooie kapstok om duurzaamheid vanuit deze begrippen onder de loep te nemen.

 

Doel

Hier gaat het om de vraag waarom, waarvoor en wat gaan we bouwen. Voor het ontwerp is allereerst inzicht nodig in de functies waarvoor huisvesting nodig is. De actuele en toekomstige ruimtebehoefte vraagt gedegen onderzoek. Dit geldt ook voor ontwikkelingen die te verwachten zijn. Te denken valt aan groei- en krimpscenario’s. Zowel kwantitatief als kwalitatief. Zo is bij het onderwijs inzicht nodig in het aantal leerlingen en bijvoorbeeld de consequenties van ‘passend onderwijs’. Beiden hebben gevolgen voor de ruimtebehoefte.
Een tijdshorizon van 15 tot 20 jaar vraagt bovendien strategische verkenningen. In de praktijk verandert er in 15 jaar al zoveel dat het goed is ook na te denken over eventuele nieuwe functies in (een deel van) de gebouwen. Kijken we naar de woonsituatie van gezinnen dan kan na 15 tot 20 jaar de behoefte geheel anders zijn. Ook kunnen productieprocessen in zo’n periode ingrijpend veranderen. Van nabij heb ik gezien welke invloed onderwijsontwikkelingen hebben op huisvesting.
Verder zijn er allerlei keuzes te maken bij de inrichting. Denk aan materiaalkeuzes, energiebeheer, luchtbehandeling, etc. Ook hier hebben we te maken met korte en lange termijngevolgen. En last-but-not-least zijn al deze aspecten van invloed op de financiële haalbaarheid. Een basisvoorwaarde voor de borging van duurzaamheid.

 

Opvolgende functies

Toekomstige ontwikkelingen zijn moeilijk zo niet onmogelijk concreet te maken. Toch is het goed om bij de structuur van het gebouw (in de ontwerpfase) rekening te houden met ‘opvolgende functies’. Waarom? Na 15 tot 20 jaar zal er veel veranderd zijn en is een gebouw doorgaans toe aan groot onderhoud. Dit is een natuurlijk moment om in te spelen op mogelijke functiewisselingen. Belangrijk is dat het gebouw hiervoor geschikt is. Bij de intro heb ik enkele gebouwen laten zien waarin na verloop van tijd andere functies zijn ondergebracht. De structuur en de uitstraling van het gebouw zorgde ervoor dat bij een renovatie functieveranderingen haalbaar waren. Ook heb ik twee gebouwen laten zien die zo specifiek ontworpen waren voor de ‘eerst functie’ dat functieverandering onhaalbaar bleek te zijn.

 

Houding

Naast zorgvuldige keuzes in de ontwerpfase hebben keuzes bij het dagelijks gebruik en bij het onderhoud grote invloed op duurzaamheid. De term ‘als een goed huisvader omgaan met het gebouw’ vinden we vaak terug in huurcontracten. Leggen we deze term wat onder het vergrootglas dan zien we woorden als ‘zorgvuldig’, ‘verantwoord gebruik’ en ‘vertrouwen’ terugkomen. Dit zijn ook woorden die aansluiten bij rentmeesterschap. Dit naast uitgangspunten als:
– het gebouw gebruiken voor het doel waarvoor het gebouwd is;
– het gebouw in stand houden door tijdig onderhoud uit te voeren en
– het gebouw ordelijk en schoon houden.
Op een juiste wijze omgaan met energievoorziening en klimaatbeheersing vraagt goed inzicht in de werking van de installaties. Hierbij zijn keuzes over binnentemperatuur, ventilatie en luchtkwaliteit belangrijk voor duurzaam gebruik van de gebouwen.

 

Samenvatting

Duurzaam omgaan met gebouwen vraagt
– gedegen afweging over waarom, waarvoor en wat
– stilstaan bij mogelijke opvolgende functies

– bewuste keuze bij het gebruik

 

Tip – sparren over duurzame keuzes vergroot bewustwording / borgen financiële haalbaarheid bevordert duurzaamheid